5 gouden regels als je gaat wandelen

1. Loop je wandelschoenen in

Wandelschoenen zijn een must voor lange dagtochten. Al loop je best enkele keren een rondje in de wijk voor je aan je wandeling begint. Zelfs de allerbeste wandelschoenen moeten wennen aan je voeten voordat ze écht comfortabel zitten.

2. Stop deze basics in je rugzak

Sommige dingen mag je écht niet vergeten voor je de natuur in trekt. Zoals een volle fles water, extra wandelsokken, een EHBO-kit en een stevige energiereep om je honger te stillen. Onmisbaar voor elke wandelaar.

3. Denk na over je kleding

Begin niet in jeans aan je wandeling. Je kan beter kiezen voor comfortabele kleding, zoals een sportbroek of een legging, liefst gemaakt van een vochtabsorberende stof. Kleed je bovendien voor alle mogelijke weersomstandigheden: vergeet dus ook je fleece en een wind- en waterdichte regenjas niet.

4. Zorg voor een plan B

Soms kan een onverwachte regenbui roet in het eten gooien of merk je dat je iets te overmoedig was bij het samenstellen van je dagtocht. Ga daarom op voorhand na of je ook een kortere route kan nemen (al dan niet met het openbaar vervoer), mocht het nodig zijn.

5. Respecteer de natuur

Ben je aan het genieten van het uitzicht en zie je daar plots wat picknickresten of een hoopje weggemoffeld toiletpapier? Niemand wil rondslingerend afval tegenkomen tijdens een wandeltocht. Voorzie dus, naast de basics, zeker ook een zakje om je afval in op te bergen. Makkelijk en fijn voor iedereen!